De kerkklok roept, met de opkomende zon, het dorp wakker. Bericht van dood gaat de wereld in. Het geluid beiert met de wind de huizen binnen, waar mensen wonen generaties her. De klok draagt de dode tot aan het graf. Zand en stenen het leven bedekt. De klok klinkt als de klaagzangerige blues. Melancholiek klaagt hij het leven aan. Dat verstrijkt met de tijd. Nooit stil staat een mensenleven rond.